Uroš Petrač

De Sloveense tenor Uroš Petrač studeerde bij professor Tatjana Vasle en Doroteja Cestnik-Spasić op het Conservatorium van Ljubljana. In 2002 behaalde hij een tweede plaats in de Grand Prix van Slovenië.

In 2003 vervolgde Uroš zijn zangopleiding aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Hij studeerde onder leiding van Barbara Pearson en Rita Dams. Hij behaalde in 2008 zijn bachelor diploma en in 2010 zijn master diploma. Uroš was lid van het ensemble van de Nederlandse Opera Studio in het seizoen 2012-2013. Zijn repertoire reikt van opera, oratorium en lied tot oude muziek.

In Slovenië, Duitsland, de Verenigde Staten, Ierland en Zuid-Korea heeft Uroš verschillende recitals en concerten gegeven, met onder meer cantates, missen, het Magnificat en de Johannes Passion van Bach, het Magnificat van C.Ph.E. Bach, het Requiem van Mozart en Bruckner, Benjamin Brittens Rejoice in the Lamb en Uriel in Haydns Die Schöpfung.

Hij vertolkte rollen in opera’s als Mozarts Bastien und Bastienne (Bastien) en Die Zauberflöte (Monostatos) in Frankrijk en in 2015 in het jong-talent-programma bij de Nationale Opera Don Ottavio in Mozarts Don Giovanni, de page in Verdi’s Rigoletto, Nemorino in Donizetti’s L’elisir d’amore, Orpheus in La descente d’Orphée aux enfers van Charpentier, Linfea in Cavalli’s La Calisto en Alfred en Blind in Die Fledermaus van Strauss.

Sinds augustus 2015 is Uros in dienst van het Groot Omroepkoor als eerste tenor. Daarnaast houdt hij zich bezig met verschillende soloprojecten.